In het begin lag de aarde verloren.
In het begin in de duisternis.
God sprak zijn woord en het licht werd geboren,
’t licht dat vandaag onze dag nog is.
In het begin zijn de wolken en luchten
in het begin is de hemel ontstaan.
God sprak zijn woord en de wateren vluchten
zo bracht Hij scheiding en ruimte aan.
In het begin is de aarde gekomen
in het begin uit de diepte der zee.
In het begin kwam het gras en de bomen
bloeiden de bloemen en graasde het vee.
In het begin, diepte der zee
bloeiden bloemen, graasde er het vee.
In het begin zijn de sterren gaan branden.
In het begin kwam de zon en de maan
boven het land en de zee en de stranden
wijzen zij wegen en tijden aan.
In het begin kwamen vogels gevlogen,
In het begin werd hun lied al gehoord.
Vissen in ’t water, wat leeft op ’t droge.
God schiep de dieren elk naar hun soort.
| | |
|